Genade in ons hart.

Het beeld van Jezus dat we misschien in onze verbeelding hebben, blijft immers altijd alleen een beeld, terwijl de liefde die zijn genade in ons hart schept, ons in direct contact met Hem kan brengen, zoals Hij is.

Thomas Merton, Zaden van contemplatie. blz. 111

Genade

Wanneer ik heel stil ben en het meest mezelf, is Gods genade helder en heb ik geen oog voor iets anders. Wat willen we nog meer dan in rust en vrede verwijlen in dit alles betoverende wonder van Gods genade voor ons? Ze valt stiller op dit papier dan de morgenzon en dan besef ik dat, zonder Zijn liefde, alles nutteloos is en dat ik, in Zijn liefde, alles kan bezitten, zonder iets te hebben.

Search for Solitude: Pursuing the Monk’s True Life 1996 (1952-1960) Blz. 35

De genade van Pasen

9 april1950, Paaszondag

De genade van Pasen is een grote stilte, een immense rust en een zuivere smaak in je ziel. Het is de smaak van de hemel, maar niet de hemel van een of andere onbeteugelde vervoering. Het beeld van Pasen is geen uitbundig feest en geen geestelijk dronkenschap, maar een ontdekking van een orde die boven elke orde uitgaat – een ontdekking van God en van alle dingen in Hem. Dit is een wijn die niet dronken maakt, een vreugde waarin geen gif zit. Het is leven zonder dood. Wanneer we het een ogenblik smaken zijn we korte tijd in staat om alle dingen te zien en te beminnen volgens hun waarheid, hen te bezitten in hun in God verborgen wezen, voorbij elk zintuig. Want verlangen klampt zich vast aan het uiterlijk en het toevallige van de dingen, maar de liefde bezit hen in de eenvoudige diepten van God.

Thomas Merton, Entering the Silence, Becoming a Monk and Writer. blz. 430.

Goede Vrijdag

‘Er is in Hem geen schoonheid’ Christus kwam in de wereld, niet om de verschrikkelijke, koude schoonheid van een heiligenbeeld te dragen, maar om onder de zondaars te worden gerekend, om te sterven als een van hen, veroordeeld door de reinen, Hij, die boven reinheid en onreinheid verheven was. Als Christus niet werkelijk mijn broer is, met al mijn leed, met al mjn lasten op Zijn schouders en al mijn armoede en droefheid in Zijn hart, dan is er geen verlossing geweest. Dan was er wat er aan het kruis gebeurde slechts magie en waren ook de wonderen slechts zinloze magie.

    Thomas Merton, Conjectures of a Guilty Bystander p.142