De genade van Pasen

9 april1950, Paaszondag

De genade van Pasen is een grote stilte, een immense rust en een zuivere smaak in je ziel. Het is de smaak van de hemel, maar niet de hemel van een of andere onbeteugelde vervoering. Het beeld van Pasen is geen uitbundig feest en geen geestelijk dronkenschap, maar een ontdekking van een orde die boven elke orde uitgaat – een ontdekking van God en van alle dingen in Hem. Dit is een wijn die niet dronken maakt, een vreugde waarin geen gif zit. Het is leven zonder dood. Wanneer we het een ogenblik smaken zijn we korte tijd in staat om alle dingen te zien en te beminnen volgens hun waarheid, hen te bezitten in hun in God verborgen wezen, voorbij elk zintuig. Want verlangen klampt zich vast aan het uiterlijk en het toevallige van de dingen, maar de liefde bezit hen in de eenvoudige diepten van God.

Thomas Merton, Entering the Silence, Becoming a Monk and Writer. blz. 430.

Goede Vrijdag

‘Er is in Hem geen schoonheid’ Christus kwam in de wereld, niet om de verschrikkelijke, koude schoonheid van een heiligenbeeld te dragen, maar om onder de zondaars te worden gerekend, om te sterven als een van hen, veroordeeld door de reinen, Hij, die boven reinheid en onreinheid verheven was. Als Christus niet werkelijk mijn broer is, met al mijn leed, met al mjn lasten op Zijn schouders en al mijn armoede en droefheid in Zijn hart, dan is er geen verlossing geweest. Dan was er wat er aan het kruis gebeurde slechts magie en waren ook de wonderen slechts zinloze magie.

    Thomas Merton, Conjectures of a Guilty Bystander p.142

Palmzondag

Pater Johannes van het Kruis is een van de weinigen in dit klooster die iets te zeggen hebben in een preek. Wanneer hij aan de beurt is luistert iedereen… Sprekend over de vriendschap met Christus zie hij dat er in elke vriendschap een eerste stadium is: wij zien de daden van onze vriend en leren hem daardoor kennen. Maar nadat wij hem hebben leren kennen, zien wij zijn daden anders en nog slechts in het licht van wie hij zelf is. Daden die ons anders in de war zouden brengen of ons dubbelzinnig zouden lijken, nemen wij dan aan omdat wij weten wie hij is. De overgang komt wanneer wij de meest geheime hartsverlangens van onze vriend kennen. Zo zien wij het lijden van Jezus en in Zijn schijnbare mislukking, Zijn overgave aan de vernietiging wanneer Hij zichzelf had kunnen redden: het diepste verlangen van Zijn hart was echter de Vader te beminnen en met de zaken van Zijn Vader begaan te zijn. Het is daarom niet nodig dat wij alles weten en begrijpen van het kruis, het koninkrijk of de weg naar het koninkrijk. Wat wij moeten kennen is het diepste hartsverlangen van Christus, en is dat wij met Hem het koninkrijk zouden binnengaan. Ik zou er misschien voor mezelf aan toevoegen dat het diepste hartsverlangen van Christus zich openbaart als dat kleine punt van niets-zijn en armoede, dat maagdelijke oog waardoor wij Hem kennen!

Thomas Merton, Conjectures of a Guilty Bystander blz.159-60. Vertaling: Dirk Doms

Innerlijke armoede

De serene honger van de geest dringt door de oppervlakte van de woorden heen en overstijgt de menselijke verwoording van mysteries en zoekt in de vernedering van de stilte, in het intellectuele alleen-zijn en de innerlijke armoede, de gave van een bovennatuurlijke zorg die woorden niet echt kunnen uitdrukken.

Thomas Merton, Zaden van contemplatie. blz.106