Thomas MERTON, Thoughts in Solitude, Farrar, Straus & Cudahy, New York, 1958
Nederlandse vertaling: Overdenkingen in eenzaamheid. Eindhoven, Damon, 2019
Thoughts in Solitude verscheen in 1958, maar kent een lange ontstaansgeschiedenis. In augustus 1955 schrijft Merton aan zijn vriend Jean Leclercq o.s.b. dat hij twee jaar daarvoor begonnen is met een boekje met meditaties over eenzaamheid. Merton zegt Leclercq dat hij denkt dat het beter is dan “New Seeds of Contemplation” en is heel verheugd, wanneer Leclercq hem terug schrijft dat hij het boek goed vindt. Maar Merton verandert van mening. In oktober 1957 – heb is dan nog steeds niet gepubliceerd – schrijft hij Leclercq dat hij hoopt dat het ook niet gepubliceerd zal worden, want hij vindt dat het nogal wat mankementen bevat en in feite waardeloos is. Zoals wel vaker, uit Merton zich nogal extreem over zijn eigen werk. Natuurlijk verschijnt het wel en kan zich daarna in grote belangstelling verheugen. Op het eind van zijn leven was Merton weer wat milder en verklaarde dat dit boek toch wel bij het betere hoorde van wat hij had geschreven.
Oorspronkelijk had Merton de titel ”Thirty-seven Meditations” bedacht, wat de inhoud van het boek redelijk goed dekt. Het werk bestaat uit twee delen. Deel 1 heeft als titel ‘het geestelijk leven’ en bevat 19 meditaties. Deel 2 heet ‘liefde voor de eenzaamheid’ met 18 meditaties.
Het werk is geschreven in een periode waarin Merton steeds meer op zoek is naar eenzaamheid en dat is overal in de tekst te merken. Het begint al in de inleiding waarin hij zegt: “Het heeft niet veel zin de mensen over God te spreken en over liefde als ze niet kunnen luisteren. De oren waarmee men de boodschap van het evangelie beluistert zijn verborgen in het menselijk hart en ze horen niets tenzij ze kunnen genieten van innerlijke eenzaamheid en stilte.”
Het is niet doenlijk om een samenvatting te geven van 37 meditaties, maar we kunnen hier wel wat thema’s aangeven. Het gaat onder meer over ruimte maken voor God en de dingen die de mens daarbij belemmeren en over wat meditatie nu eigenlijk is. Vooral in het tweede deel komen nederigheid, eenzaamheid en stilte aan bod.
Eenzaamheid is geen doel op zich voor Merton. Hij schrijft: “Eenzaamheid moet concreet en objectief zijn. Het moet een opgaan zijn in iets dat groter is dan de wereld, even groot als het zijn zelf… We plaatsen woorden tussen ons en de dingen. Zelfs God is een onwerkelijk beeld geworden in het niemandsland van de taal… Het leven in eenzaamheid en stilte ruimt dit rookgordijn van woorden op die de mens geplaatst heeft tussen zijn geest en de dingen… De waarheid ontstaat uit de stilte van het wezen om zo te komen tot de rustige en geweldige aanwezigheid van het Woord. En terugvallend in de stilte, zal de waarheid van de woorden ons doen opgaan in de stilte van God. Of beter gezegd God rijst op uit de zee als een schat uit de golven, en als de taal verdwijnt straalt zijn schittering verder in ons eigen wezen.” (derde meditatie uit deel twee).
De tweede meditatie van dit deel is Mertons, misschien wel mooiste, gebed ‘Ik weet niet waar ik heen ga…’, dat al in veel overzichtswerken is verschenen, zoals in ‘Wegen naar het Paradijs‘ (tekst van 1 januari) en in het eerste gebed van Mertons gebeden-bundel ‘In gesprek met de stilte’ (beide verschenen in 2001).
Thoughts in Solitude is een verzameling zeer beschouwende teksten, waarvan verschillende de vorm hebben van een gebed. De meditaties kunnen, zoals veel van Mertons werk, het best in alle rust gelezen en herkauwd worden en zijn dus zeer geschikt voor lectio divina.
Willy Eurlings, met dank aan vertalingen van Stan Broos