Zoals Paus Johannes XXIII in zijn eerste encycliek, Ad Petri Cathedram, schreef zijn christenen verplicht om “met alles wat in hun vermogen ligt” vrede na te streven. Met deze vrede mag niet worden geschipperd en er kunnen geen compromissen over gesloten worden. Daarom mag je niet lijdzaam berusten in onrecht, want dat zorgt niet voor vrede. De christelijke strijd voor vrede hangt echter vooral af van een vrij antwoord op “Gods oproep om je in dienst te stellen van zijn genadige plannen” (kerstboodschap 1958). Christus is niet gekomen om vrede in de wereld te brengen als een soort spiritueel kalmeringsmiddel. Hij bracht zijn leerlingen een roeping en taak, om in de wereld van geweld zijn vrede te vestigen, niet alleen in hun eigen hart, maar in de maatschappij zelf. Dit moet niet gedaan worden door mooie wensen en fraaie woorden, maar door een volledige innerlijke omwenteling, waarin we de menselijke terughoudendheid laten varen die zich onderwerpt aan machtswellust en de hogere wijsheid volgen van liefde en van het kruis.
Thomas Merton, The Nonviolent Alternative p.112