Je zou nederigheid ‘kosmisch’ kunnen noemen, niet alleen omdat zij is geworteld is in de werkelijke aard van de dingen, maar ook omdat zij levendig en waakzaam is, en met een grenzeloze vitaliteit en vreugde met alle levende wezens in contact staat. Overal manifesteert zij zich met een franciscaanse eenvoud en een aangeboren verbondenheid met alle schepselen in de natuur.
Witness to Freedom : Letters in Times of Crisis 1994 Blz. 27