Ontdoen van angst

Wie Pasen wil begrijpen, wie Pasen wil leven, moet de traagheid afleggen, moet zich ontdoen van zijn angst voor de nieuwheid en de vrijheid!

Seasons of Celebration Blz.112

Pasen

Alleen geloven in systemen en officiële verklaringen en niet in mensen is een vlucht, een verraad aan de liefde. Laten we ons, voor dit paasfeest en voor altijd, verenigen in vreugde, vrede en gebed. ‘Vrees niet’, zegt Jezus. ‘Ik ben het. Ik ben met u alle dagen!’


Road to Joy: Letters to New and Old Friends 1989 blz. 101

Stille Zaterdag

“Milosz, het leven staat aan onze kant. De stilte en het kruis, waarvan we weet hebben, zijn onoverwinnelijke krachten. In lijden en stilte, in de beproevende inspanning om eerlijk te blijven te midden van zoveel oneerlijkheid (vooral onze eigen oneerlijkheid): in dit alles ligt onze overwinning. Het is Christus in ons die ons door de duisternis heen voert naar een licht dat we niet kunnen bevatten en dat alleen gevonden kan worden voorbij de schijnbare wanhoop. Alles wordt op de proef gesteld. Elke relatie, elke trouw moet door het vuur worden gelouterd. We zullen veel verliezen. Er is veel in ons dat gedood moet worden, zelfs veel van het beste in ons. Maar de overwinning staat vast. De verrijzenis is het enige licht, en in dat licht is geen dwaling mogelijk.”

 

fragment uit een brief van Thomas Merton aan de Poolse dichter Czeslaw Milosz (vertaling Dirk Doms)

 

Goede Vrijdag

‘Er is in Hem geen schoonheid’ Christus kwam in de wereld, niet om de verschrikkelijke, koude schoonheid van een heiligenbeeld te dragen, maar om onder de zondaars te worden gerekend, om te sterven als een van hen, veroordeeld door de reinen, Hij, die boven reinheid en onreinheid verheven was. Als Christus niet werkelijk mijn broer is, met al mijn leed, met al mjn lasten op Zijn schouders en al mijn armoede en droefheid in Zijn hart, dan is er geen verlossing geweest. Dan was er wat er aan het kruis gebeurde slechts magie en waren ook de wonderen slechts zinloze magie.

    Thomas Merton, Conjectures of a Guilty Bystander p.142