Zaden

De zaden die door Gods wil ieder ogenblik in mijn vrijheid worden geplant zijn de zaden van mijn eigen identiteit, mijn eigen werkelijkheid, mijn eigen geluk en mijn eigen heiligheid.

De zaden weigeren is alles weigeren; het is de weigering van mijn eigen bestaan en wezen, van mijn identiteit en mijn ware zelf. Gods wil niet aanvaarden, niet beminnen en niet doen is de volheid van mijn bestaan weigeren.

Als ik nooit word die ik bedoeld ben te zijn, maar altijd blijf wat ik niet ben zal ik de eeuwigheid doorbrengen met mezelf tegen te spreken door tegelijk iets en niets te zijn, een leven dat wil leven, maar toch dood is, een dood die dood wil zijn en toch nooit zijn eigen dood helemaal kan bereiken omdat hij nog moet blijven bestaan.

Thomas Merton, Zaden van contemplatie. Damon 2015 p. 34 (New Seeds of Contemplation p.33)

book_9789460361951_178