Stichter Stan Broos

STAN BROOS (1933-2009)
Johan Vossen

Als adolescent las Stan Broos “Louteringsberg” van de Amerikaanse trappistenmonnik Thomas Merton. Dat boek maakte zoveel indruk dat Stan Broos er een levenslange fascinatie aan overhield voor het leven en schrijven van Thomas Merton. In 1984 kwam Stan Broos, samen met Ward Buysse en Roger Roels, op het idee om een bijeenkomst rond Thomas Merton te organiseren in de abdij van Zevenkerken bij Brugge. De deelnemers waren zeer enthousiast en er werd aangedrongen op een vervolg: de jaarlijkse Mertonweekends waren geboren; bezinningsweekends over het gedachtegoed van Thomas Merton. Vanaf het begin beschouwden de deelnemers zich als Mertonvrienden en de omgang met elkaar is dan ook op basis van vriendschap.

Stan Broos heeft niet alleen aan de wieg van de Mertonvrienden gestaan, maar hij heeft de prille beweging ook tot verdere ontwikkeling gebracht door een weekendbrochure samen te stellen en een driemaandelijks Contactblad in het leven te roepen. In de begintijd deed hij al de daaraan verbonden werkzaamheden in zijn eentje; maar Stan had ook het vermogen om andere mensen te begeesteren voor zijn grote passie, om aldus een steviger draagvlak te geven aan de Mertonvrienden. Wel bleef hijzelf steeds de grote bezieler die met veel inzet, een encyclopedische belezenheid, een scherpe pen en grote dienstbaarheid de mensen om hem heen bleef ondersteunen en stimuleren.

In de gewone omgang was Stan Broos nogal direct, hetgeen hem niet altijd in dank werd afgenomen, maar onder de wat ruwe buitenkant ging een hart van goud schuil. Hij trad niet graag op de voorgrond, maar had een grote sociale bewogenheid en ondernam acuut actie als ergens hulp moest worden geboden. Zo heeft hij ontelbare mensen in nood met raad en daad bijgestaan en schroomde hij ook niet om op grotere schaal hulp te bieden: als kok voor kinderen in een speeltuin in Rijmenam bij Mechelen gedurende de hele zomervakantie; samen met zijn vrouw Mia als gastgezin voor zwangere meisjes die door hun familie in de steek waren gelaten; weer als kok en ook nog als praatpaal voor sukkelaars en zwervers in een opvanghuis van de Broeders van Liefde in Dave bij Namen.

Helemaal op zijn best voelde Stan Broos zich als hij een dag kon optrekken met goede vrienden, de jongeren in de groep van de Mertonvrienden: hij vertelde dan voluit en genoot van het samenzijn, waarbij een goede pint en een lekker etentje niet werden versmaad.

Stan Broos was een man met vele talenten, waar hij kwistig mee omging, maar hij zal toch vooral worden herdacht als een bescheiden mens met een diepe bewogenheid en een heel, heel groot hart.